De balans tussen Vertrouwen en Betrouwbaarheid
De kern van deze opleiding is dat we opvoeding benaderen als het (helpen) hanteren van tegenstrijdige behoeften. Deze aanpak noemen we Opvoedbalans. De cursus die je nu bekijkt, behandelt de eerste Opvoedbalans die is gericht op het gebalanceerd ontwikkelen van vertrouwen en betrouwbaarheid. Het gaat daarbij om als opvoeder enerzijds acceptatie uit te stralen en anderzijds grenzen te stellen.
De gehele online opleiding bestaat uit totaal zes cursussen die telkens één Opvoedbalans behandelen. Deze cursussen worden binnen sommige jeugdzorgorganisaties aangeboden in combinatie met live masterclasses, maar de online cursussen kunnen ook als zelfstandige training worden gevolgd.
Deze online cursus is bedoeld om jou als opvoedondersteuner, maatschappelijk werker, gedragsspecialist, pedagoog, gezinstherapeut etc. verschillende theoretische en praktische handvatten te bieden. We doen dit door middel van voorbeelden uit speelfilms en documentaires. Ook opvoeders zelf kunnen baat hebben bij deze cursus, met de kanttekening dat we ook voorbeelden bespreken van (grote) opvoeduitdagingen.
Uit deze online training zul je kunnen meenemen:
- een nog scherper waarnemingsvermogen
- aansprekende voorbeelden van hoe je het ook kan doen en soms hoe je het misschien niet moet doen
- nieuwe concepten voor gebalanceerd opvoeden
- een aanleiding voor een goed gesprek met medeopvoeders of collega's en het uitwisselen van ervaringen
Elk van de zes online cursussen heeft drie hoofdstukken:
1) Het eerste hoofdstuk behandelt een Opvoedbalans (in totaal behandelen we dus zes Opvoedbalansen).
We beginnen met een paar relatief harmonieuze voorbeelden en behandelen daarna voorbeelden met jeugdigen die meer uitdagend gedrag vertonen.
2) In het tweede hoofdstuk behandelen we de belangrijkste ontwikkelingspsychologie die bij het thema van de cursus hoort.
3) Het derde hoofdstuk gaat over de belangrijkste afweervormen die je bij de behandelde Opvoedbalans tegenkomt. Daarbij nemen we de jeugdigen meestal als voorbeeld, maar we bespreken ook hoe de afweervormen te herkennen zijn bij opvoeders en bij begeleiders. Dit laatste hoofdstuk is vooral bedoeld voor professionele begeleiders, maar natuurlijk ook voor opvoeders die erin geïnteresseerd zijn om de afweervormen verder te begrijpen.
Elk hoofdstuk kent een aantal pagina's met daarin tekst en voorbeelden uit films en documentaires.
We bieden geregeld een paar reflectievragen. Bepaal voor jezelf of ze belangrijk voor je zijn en maak dan notities die je eventueel met een mede-opvoeder, collega of intervisiegroep kunt bespreken.
Veel succes!
Als je een kind of een jongere mag begeleiden naar volwassenheid, dan vraagt dat zowel kunst als kunde. Jouw eigen levenshouding speelt een belangrijke rol, de toon waarop je spreekt, de manier waarop je beweegt en bovenal de bagage die je zelf meeneemt uit je eigen jeugd en leven. Je kunt leren van elke interactie met een kind. In die zin is opvoeden ook altijd weer jezelf opvoeden. Een tijd lang dachten pedagogen dat me... Als je een kind of een jongere mag begeleiden naar volwassenheid, dan vraagt dat zowel kunst als kunde. Jouw eigen levenshouding speelt een belangrijke rol, de toon waarop je spreekt, de manier waarop je beweegt en bovenal de bagage die je zelf meeneemt uit je eigen jeugd en leven. Je kunt leren van elke interactie met een kind. In die zin is opvoeden ook altijd weer jezelf opvoeden. Een tijd lang dachten pedagogen dat meer van het goede ook beter zou zijn; hoe gehoorzamer een kind, hoe beter. Of andersom, hoe vrijer we een kind laten, hoe beter. Tegenwoordig weten we dat zelfs de ‘goede’ gedragingen zoals ‘onvoorwaardelijke acceptatie' tot grote problemen kunnen leiden als ze eenzijdig worden toegepast. Een kind heeft naast acceptatie ook begeleiding en grenzen nodig. Het uitgangspunt van de Double Healix benadering, waar deze cursus op is gebaseerd, is dat goed opvoeden altijd gaat om het verzoenen van tegenstrijdige processen, om het hanteren van een Opvoedbalans. In totaal onderscheiden we zes Opvoedbalansen. Het gaat daarbij om het leren balanceren en verzoenen van de zes belangrijkste spanningsvelden van de mensheid. Deze worden wereldwijd herkend in verschillende soorten onderzoek (cultureel onderzoek door Fons Trompenaars en in het wereldwijde persoonlijkheidsonderzoek van het Hexaco-model). Wij hebben deze zes spanningsvelden in het Double Healix model uitgewerkt ten behoeve van de pedagogie. De gedachte is dat, als opvoeders een gezonde balans aanbieden, de jongeren zelf ook beter in staat zijn om tegenstrijdige basiskwaliteiten te balanceren, zoals wildheid versus zelfbeheersing (Chaos-Orde), daadkracht tegenover bezinning (Oorzaak-Gevolg), harmonie tegenover pijn (Opbouw-Afbraak), veelzijdigheid tegenover identiteit (Divergentie-Convergentie), uiterlijke zekerheid tegenover innerlijke zekerheid (Materie-Geest) en zelf-expressie tegenover compassie (Centrum-Omgeving). De balans tussen deze polen is niet statisch, maar dynamisch. Dat betekent dat wat voor de ene situatie de juiste balans is, voor de volgende situatie mogelijk niet meer de juiste is. Dit geldt allereerst voor de opvoeder. En gaandeweg kan de jeugdige dit ook steeds beter beseffen. Meer weergeven
Dit hoofdstuk gaat over de vraag hoe we als opvoeders van jeugdigen een balans kunnen vinden tussen wat we van de kinderen accepteren en waar en hoe we grenzen stellen. Omwille van het kind, maar ook omwille van onszelf. In de diepste zin van opvoeden gaat het hier om de vraag naar de mate van beschaving die we gaandeweg bijbrengen: hoeveel zelfdiscipline (Orde) willen we het kind helpen ontwikkelen? Of andersom: hoe wild... Dit hoofdstuk gaat over de vraag hoe we als opvoeders van jeugdigen een balans kunnen vinden tussen wat we van de kinderen accepteren en waar en hoe we grenzen stellen. Omwille van het kind, maar ook omwille van onszelf. In de diepste zin van opvoeden gaat het hier om de vraag naar de mate van beschaving die we gaandeweg bijbrengen: hoeveel zelfdiscipline (Orde) willen we het kind helpen ontwikkelen? Of andersom: hoe wild en spontaan (Chaos) mag een kind blijven als het in een gemeenschap wil kunnen leven? Immers, als we het kind te wild, te spontaan en onopgevoed laten, kan het afgekeurd of zelfs verstoten worden door de gemeenschap. Maar we kunnen het kind ook te aangepast en bloedeloos maken en dan draagt het ook weinig bij aan diezelfde gemeenschap. Meer weergeven
Dit hoofdstuk geeft een overzicht van de verschillende soorten hechting en hoe we ermee kunnen omgaan. Dit hoofdstuk geeft een overzicht van de verschillende soorten hechting en hoe we ermee kunnen omgaan.
Dit hoofdstuk is vooral geschreven voor diegenen die zich verder willen verdiepen in de achtergronden van het gedrag dat we vaak waarnemen bij jongeren met hechtingsproblematiek. We behandelen eerst in vogelvlucht het Double Healix model van menselijke ontwikkeling, dat de theoretische bouwstenen geeft voor deze training. Vervolgens gaan we in op de belangrijkste afweervormen die zijn te plaatsen bij de Opvoedbalans Accep... Dit hoofdstuk is vooral geschreven voor diegenen die zich verder willen verdiepen in de achtergronden van het gedrag dat we vaak waarnemen bij jongeren met hechtingsproblematiek. We behandelen eerst in vogelvlucht het Double Healix model van menselijke ontwikkeling, dat de theoretische bouwstenen geeft voor deze training. Vervolgens gaan we in op de belangrijkste afweervormen die zijn te plaatsen bij de Opvoedbalans Accepteren-Begrenzen (chaos-orde). Het gaat bij jongeren om de behoefte om 'geaccepteerd te worden hoe ze zijn' versus de behoefte om 'zelfcontrole te ontwikkelen'. Meer weergeven
Aantal recensies: 0
Er zijn nog geen recencies. Geef de eerste!
Kies één van deze opties om met de cursus te beginnen.
Wil je deze cursus met meer dan 10 mensen volgen?
We bieden korting voor groepen die de cursus simultaan volgen. Neem daarvoor contact op om de mogelijkheden te bespreken: info@movielearning.com